gedragsverandering

gedrags-verandering

In 2050 leven we CO2-neutraal. Dat klinkt mooi. Maar daar moeten we nog wel wat voor doen. We zullen ons gedrag moeten veranderen. En dat is nou niet echt bepaald makkelijk.

Gelukkig is er hulp. De (sociale) psychologie heeft talloze theorieën en modellen ontwikkeld om ons leven te beteren. Wij gebruiken het I-Change model, de milieu zelfidentiteit, Com-B model en crisis-therapie.

het I-change model

Talloze theorieën en modellen zijn ontwikkeld om gedragsverandering te verklaren. Het meest recente en alomvattende model is ontwikkeld door Hein de Vries. Het model is ontwikkeld om gezondheidsgedrag te bevorderen. En kan nu ook worden ingezet om klimaatvriendelijk gedrag te stimuleren.

Het model beschrijft veel diverse factoren. Als je een interventie wilt doen om klimaatvriendelijk gedrag te stimuleren, dan is het raadzaam om eerst je doelgroep te onderzoeken a.d.h.v. het I-Change model. Je analyseert dan welke factoren belemmerend of juist motiverend werken. Met slimme communicatie kun je vervolgens die factoren beïnvloeden.

milieu zelfidentiteit

Een belangrijke factor om klimaatvriendelijk gedrag te stimuleren is de “milieu zelfidentiteit”. Dit is de mate waarin mensen zichzelf milieuvriendelijk inschatten. Als je deze identiteit versterkt, leidt dit ertoe dat mensen meer gedrag gaan vertonen die goed is voor het klimaat.

Je doet dit door je te richten op milieuvriendelijk gedrag uit het verleden. Denk aan het gebruik van de fiets of minder vlees eten. Als je mensen wijst op hun milieuvriendelijke gedrag, dan worden mensen zich bewust van dit gedrag en is het waarschijnlijker dat ze meer van dat gedrag vertonen. Een positieve benadering dus.

Dit is een belangrijk gegeven. Vaak is de neiging om je te richten op wat er nog niet goed gaat. Dit werkt averechts. Het zwakt de milieu zelfidentiteit af. 

Berichten over dat Nederlanders minder vlees (gaan) eten of dat wij bouwen aan een echt fietsland, zijn zeer waardevol. Het stimuleert onze milieu zelfidentiteit en leidt tot meer soortgelijk gedrag.

Bron: Rijkuniversiteit Groningen

Com-B Model

Een ander handzaam model voor gedragsverandering is het COM-B model. Het model geeft aan dat drie belangrijke factoren moeten worden meegenomen bij een interventie voor gedragsverandering:

  • Capability: het vermogen om bepaald gedrag te vertonen
  • Opportunity: externe factoren die het gedrag kunnen stimuleren of belemmeren.
  • Motivation: de (on)bewuste wil om gedrag te veranderen.

Wil je een interventie doen voor gedragsverandering, dan is het raadzaam om deze drie factoren te laten meewegen in je interventie. 

Voorbeeld:
Je kunt bijvoorbeeld jouw bedrijf volledig vegetarisch maken (opportunity). Maar als mensen niet beseffen dat deze actie bevorderlijk is voor het klimaat (motivation), zal het waarschijnlijk zijn dat mensen buiten de organisatie niet ook het klimaatvriendelijke gedrag vertonen (capability). In dit geval is het raadzaam om een goede communicatiecampagne toe te voegen aan de interventie, om de stap naar vegetarisch te onderbouwen en bewustzijn te creëren bij het personeel.  

 

in crisistherapie

never let a good crisis go to waste, Winston Churchill

Een crisis gaat gemoeid met vervelende gebeurtenissen en voelt daardoor vaak als negatief. Maar een crisis is ook het moment dat je dwingt tot verandering en dat is een kans. “Never let a good crisis go to waste”, aldus Winston Churchill. Maar hoe grijp je die kans tijdens een crisis en kun je verandering stimuleren?

Hoe kunnen we jou helpen?

Wil je met jouw organisatie, bedrijf, gemeente, provincie, land, continent of planeet klimaatvriendelijk gedrag stimuleren? Goed plan! Klimaat-coach komt langs om jouw vraag te analyseren. We pluizen samen jouw case uit. We kunnen dat op diverse manieren vormgeven.

We krijgen op basis van modellen goede inzichten. En weten waar we ons op moeten richten om het gedrag van mensen te veranderen.